Tweede verblijven aan de kust: provinciebelasting geschrapt
Wat hield de provinciale belasting in?
De belasting werd door de provincie opgelegd aan elke eigenaar, zowel particulieren als rechtspersonen, die op 1 januari van het aanslagjaar een tweede verblijf bezaten in West-Vlaanderen, ongeacht of deze ingeschreven was in een West-Vlaamse gemeente. Een tweede verblijf is in het kader van dit belastingreglement elke private woongelegenheid die voor de eigenaar, huurder of gebruiker niet tot het hoofdverblijf dient, maar voor bewoning kan worden gebruikt.
Deze belasting lag aanzienlijk hoger dan de belasting voor eigenaars die hun hoofdverblijfplaats in de provincie hebben. Concreet lag het tarief ongeveer drie keer zo hoog dan hetgeen door inwoners met hun hoofdverblijfplaats in de provincie werd betaald.
Discriminatie volgens de Raad van State
De provincie verdedigde haar hogere belasting op tweede verblijven, en dus het verschil in behandeling, door te stellen dat deze enkel een financieel oogmerk had. De provinciebelasting zou namelijk als doel hebben gehad om de extra voorzieningen te financieren die nodig zijn door de bevolkingsgroei van tweede verblijven.
De Raad van State is de zienswijze van de provincie niet gevolgd en oordeelde dat er sprake is van een verschil in behandeling tussen inwoners en tweede verblijvers zonder objectieve en redelijke verantwoording. Aldus is er volgens de Raad sprake van een schending van het gelijkheidsbeginsel en wordt het belastingreglement vernietigd.
De Raad van State treedt hierbij het hof van beroep te Gent bij dat reeds in 2023 oordeelde dat er sprake is van een schending van het gelijkheidsbeginsel en het non-discriminatieverbod door deze provinciebelasting.
Gevolgen van het arrest voor de toekomst?
Door het arrest van de Raad van State mag de provincie West-Vlaanderen de hogere belasting op tweede verblijven niet langer innen. Voor aanslagjaar 2025 (inkomstenjaar 2024) mag deze belasting alleszins niet worden geïnd.
De provincie kan als gevolg van dit arrest natuurlijk wel beslissen om een nieuw reglement aan te nemen, mits voldoende juridische onderbouw en rekening houdende met het oordeel van de Raad van State. Toch is de kans reëel dat ook een nieuw reglement opnieuw juridisch zal aangevochten worden.
Let wel op, de gemeentelijke belasting op tweede verblijven blijft wel nog bestaan. Deze staat los van de provinciebelasting. Al lopen hierover eveneens juridische procedures waarvan de uitkomst nog afgewacht wordt.
Terugbetaling van onterecht betaalde belasting
Wie in 2022, 2023, 2024 of 2025 de provinciebelasting op tweede verblijven betaalde, heeft recht op terugbetaling.
Aanvankelijk communiceerde de provincie dat er geen aanvraag tot ambtshalve ontheffing diende ingediend te worden maar dat zij de ten onrechte betaalde belastingen op eigen initiatief zal terugbetalen. Thans komt zij hier echter op terug en wordt gesteld dat de betrokken diensten bezig zijn met het analyseren van de arresten en het uitwerken van de nodige maatregelen, waarna het bestuur hierover op eigen initiatief zal contact opnemen doch dat dit enige tijd in beslag zal nemen.
Twijfelt u of u best zelf een verzoek tot ambtshalve ontheffing indient? Of heeft u vragen omtrent de terugbetaling of mogelijke impact van het arrest op uw situatie? Neem gerust contact op met onze Advisory afdeling via advisory@vcsa.be. Wij staan klaar om u hierin te begeleiden en te adviseren.
Gerelateerd nieuws